logo_02jpg        Randland | II - Kyiv   logo_02jpg


Promenade-2 

Aantekeningen van Westkust:

 Het Airbnb-appartement heeft wifi en Google-Maps besluit het Holodomor-museum te ver voor je om te lopen.

 De metro-netkaart is net als in Praag van Sovjetmakelij: een rode, blauwe en groene lijn die elkaar in een centrum-driehoek kruisen. De entreehal heet net als in Praag ‘vestibule’ en is van een halfduistere, haast eetbare koolgeurwarmte. Even wennen. Koolsoep met komijnzaad en jeugdsentiment met aluminium lepel uit plastic soepkom.
 In de vestibule meer mensen dan bij ons, de meesten van trendy snit, meer winkeltjes en meer eettentjes. De plastic toegangsfiches zijn veel goedkoper en handiger dan bijvoorbeeld OV-chipkaarten. En de fiche-verkoop-opoe is veel aardiger én sneller dan een automaat. Daarom staat er geen rij.

Een fiche van omgerekend vijf cent hoep in het gleufje en hoep klapt ‘t deurtje.
 Roltrappen zoals de oude ‘escalatoren’ van Praag. Drie naast elkaar: een omhoog, een naar beneden en de derde stuk. Houd je vast zoals vroeger, want turbosnel tokkelen de houten vlondertreden je omlaag, maar houd je niet té vast want zoals vroeger schokkeren de leuningbanden net wat turbosneller, veel verder dan in Praag een heiige diepte in, een schuine tijdreis naar het goulash-communisme van je jeugd.
 Dus kijken hè, ongegeneerd, naar de rijzende rij tegenroltrappisten, naar lelijke, vooral naar mooie mensen. Een kruisende catwalk. Zie je een mooie, dan over de leuning naar de andere kant klauteren? Vijfcents-alpinisme? Niet naar beneden kijken!
 Hoezo beneden?, je ziet toch dat de oneindige drieroltrapsbuis horizontaal gaat!, naar de heiige horizon, en dat wij en zij zo raar scheef gehoekt staan – waarom valt niemand om? De avontuurlijkste reis is een diagonaalstaande reis, een Escherse reis.

De eindeloze catwalk is af. Eindelijk beneden gekomen. O kijk, de kopse kanten van metersdikke sluisdeuren om van het perron een atoomschuilkelder te maken, ongetwijfeld net als in Praag, ja hoor: compleet vastgeroest.
 Het perron is geen donkere kelder maar een licht volkspaleis: marmer en kristalluchters met led-filamentlampen en vooral veel volk. Plus warme koolgeur.
 Oekraïens-blauwe metro’s gelijk de oude Praags-grijze treinstellen. Maar méér mensen. Authentieke schroeiende-remblokken-stank. Plus weeïge koolgeur.
 Onder het rijden – de bekende schokkerige geluiden – sta je met de handen los van de plakkerige stangen, je bent een profi!
 Bij een onverwachte remming zou je tegen het meisje naast je kukelen – zo heb je je lief in Praag leren kennen (nee hoor, dat ging anders, maar het hád gekund).
 Hé, een zitplaatsje vrij op zo’n good-old roodskaien langsbank. Zonder van hun mobieltje op te kijken, schikken je nieuwe buren in. Je knikt dankbaar, zonder van je inmiddels ter hand genomen mobieltje op te kijken. Diepe verbondenheid, onopgekeken en voor maar vijf cent. Schamelijk hoop je op een snelremming die ons nog fysieker aaneen zou smeden.


Vroeger in de Praagse metro las iedereen een boek, vaak gekaft in krantenpapier zodat niemand zag wat je las, hier swipet men mobieltje, ook onmedeleesbaar. Je opent Wikipedia:


De Holodomor-hongersnood werd voor het merendeel veroorzaakt door het beleid van de regering van de Sovjet-Unie onder Stalin, die met kracht de collectivisatie en "dekoelakisatie" van de landbouw doorvoerde. De boerderijen moesten worden samengevoegd in kolchozen en sovchozen, waardoor arbeidskracht zou vrijkomen voor de industrialisatie. Stalins vijfjarenplan uit 1928 moest worden gefinancierd uit export en het belangrijkste deel van die export bestond uit graan.

Dit stuitte op groot verzet van de boeren, ook en vooral die in Oekraïne met hun traditie van vrijheid. Ze verborgen hun graan en slachtten hun vee liever dan dat ze het leverden aan de staatsboerderijen. De verplichte graanleveranties werden als straf verhoogd, hoewel de oogst in 1932 mislukte.

Hoeveel miljoen doden? Gek, waar staat dat?

 O, metrostation Arsenalna: uitstappen! 


Buiten op het Arsenalna-plein veel mensen, veel straathandel. SUV-verkeer raast voorbij. De gebouwen zijn Praag, Stockholm, Brussel. He, da’s handig: stoplichten geven in cijfertijd aan hoelang je moet wachten respectievelijk kan doorlopen of -rijden.

 Kwartier lopen, zegt Google-Maps. Tien minuten, concludeer je. Maar het loopt anders. Aan het eind van de boulevard, na negen minuten, check je je locatie terwijl een bedelaar om iets als ‘cholodokieja’ vraagt. Je hebt geen chocola. Stokoud en geschift, denk je, en een land met door inflatie nagenoeg waardeloze pensioenen. Verder loop je.

 Een minuut later zit het Holodomor-museum niet in het pand waar Google-Maps het lokaliseert.

 

Wel een fijn gebouw, waar jongens en meisjes, sommigen met vioolkoffer, in en uit lopen – ha, de muziekschool. Stukje teruglopen. De bedelaar slaapt op z’n stoel, een kartonnetje met onleesbare viltstiftletters op zijn buik. Vervolgens beland je op het binnenplein van een kloostercomplex. Russisch-orthodox of kersvers Oekraïens-orthodox? De opvallend-onopvallende kleerkasten die, zie je nu, op elke strategische hoek staan of zitten te lummelen, duiden je dat ook hier de burger-Buk-oorlog wordt gevoerd, middenin Kyiv.

 Ten aanval: je vraagt een van die kleerkasten de weg.

 Onverstaanbaar doch vriendelijk wijst hij: terug.

 Mág je het Holodomor-museum niet vinden?

 Slaapbrabbelende bedelaar en weer de aantrekkelijke muziekschool. Je valt daar dan maar binnen. Een garderobe zoals in een Praags theater. Ja, Holodomor hierachter, je moet zo, wijst de garderobe-stofjas-baboesjka naar waar je al drie keer liep.


Een aantrekkelijke muziekstudente schiet te hulp en zal je door Kyivs linies loodsen. Langs bedelaar. Ze doet geen muziek- maar de toneelregisseur-opleiding, vertelt ze. Alle muziekschooljongens en –meisjes die we tegenkomen, worden op de mond gezoend. Door haar, niet door jou.

 Je bent de Holodomor haast vergeten en dan zie je haar staan: hetzelfde meisje, in brons of zoiets, hetzelfde meisje, al heeft deze bronzen vlechten, hetzelfde meisje, brood- en broodmager en in een veel te grote bronsjurk, het Holodomor-meisje met dunne nek en blote voeten, en de levensechte studente zegt je gedag, ongezoend. Achter het bronzen meisje daal je de treden af naar het al te goed verborgen hongersnoodmuseum.


© Paul Braamberg 2023